Bij de C kwam ik in de problemen. Als dansterm koos ik voor Contraction, maar het vinden van een filosoof met een C, die ik ook nog in relatie kon brengen met die term was moeilijk. In eerste instantie dacht ik aan Cusanus, een laatmiddeleeuwse filosoof. (Ik bracht in de afgelopen jaren in de zomer een week door in het centrum voor filosofie ‘Centre Erasme’ in Zuid Frankrijk en alle kamers in ons slaapverblijf hadden de naam van een filosoof. Ik sliep meestal in de kamer met de naam Cusanus. Vandaar dat ik het eerst aan hem dacht). Maar ik kon geen brug vinden tussen deze laat- Middeleeuwse filosoof en een contraction……
Dat gold ook voor de naam die een vriendin mij noemde: Cicero. Maar van deze Romeinse filosoof wist ik eigenlijk weinig, alleen dat hij zich veel met politiek in zijn tijd had bezig gehouden.
Toch is het me uiteindelijk gelukt een filosoof/schrijver te vinden waarmee die connectie te maken was. Lees maar verder.
Contraction
Is een term die zowel in de moderne dans als in de jazz- en urbandans wordt gehanteerd. Martha Graham een Amerikaanse danseres en choreografe ontwikkelde een heel nieuwe danstechniek waarbij contaction en release een belangrijk element waren.
Bij een contraction worden de spieren van borst, buik en bekken samengetrokken, waardoor het bekken wordt gekanteld en een bolle rug ontstaat. Bij de release wordt de deze spanning losgelaten, waardoor de borst wordt ‘geopend’.
Door de afwisseling van ‘contraction’ en ‘release’ worden de dansbewegingen dramatisch en beladen. Daarmee kunnen allerlei heftige emoties tot uitdrukking worden gebracht
Veel van de choreografieën die Graham maakte zijn geïnspireerd door mythologische of religieuze thema’s en hielden verband met theorieën van Freud (seksuele conflicten) en Jung (collectief onderbewuste). De hoofdpersoon is meestal een tragische heldin: Medea, Elektra, Judith.
(1894 - 1991; Moderne dans, het begin)
Camus
Filosoof en schrijver Albert Camus gebruikte ook een mythe, in een essay ‘De mythe van Sisyphus ’ (1942), om de kern van zijn filosofie te adstrueren.
Hij was een vriend en tijdgenoot van Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir. Hij was vooral bezig met wat hij beschouwde als het absurde van het menselijk bestaan. De mens zoekt in de wereld naar antwoorden op zijn vragen, maar de wereld geeft geen antwoord. Op het moment dat de zin van het leven niet meer kan worden ontleend aan een religieuze overtuiging, wordt de mens geconfronteerd met het absurde van het leven. Camus vindt echter dat het besef van het absurde niet moet leiden tot hopeloosheid (en soms zelfs zelfmoord) maar dat men het absurde moet aanvaarden en vanuit dit bewustzijn juist een wijs en gelukkig leven kan leiden.
Als voorbeeld gebruikt hij het verhaal van Sisyphus, die de toorn van de goden had opgewekt en veroordeeld was om eeuwig een rots een berg op te duwen om vervolgens te moeten toezien hoe die rots weer naar beneden rolt. Camus ziet deze oneindige en nutteloze arbeid als het summum van absurditeit, maar stelt zich voor dat Sisyphus rustig de berg afwandelt en de volgende dag weer opgewekt aan zijn zware, nutteloze arbeid begint. Op zijn manier is hij een gelukkige, zij het absurde held.
De dagelijkse training van een danser bestaat uit veel vaak herhaalde oefeningen en bewegingscombinaties. Ik heb wel eens het gevoel gehad dat deze routine veel weg had van Sisyphus arbeid. Maar er is een groot verschil: de training heeft een doel: het in vorm houden van het bewegingsapparaat en het op peil houden of zelfs verbeteren van de (een) danstechniek.